Simon Vandenbroecke: onze nieuwe fagottist

"De concertzaal in Amare klinkt geweldig, het samenspelen is er gemakkelijk, zelfs in corona-opstelling, en er is een mooie sfeer."

- Simon Vandenbroecke

Simon Vandenbroecke, onze nieuwe tweede fagottist, startte zijn werk bij het Residentie Orkest op 1 augustus jongstleden. In zangerig Vlaams vertelt hij je graag over zijn muzikale reis van het kalme Vlaamse platteland naar het hectische Den Haag.

In de eerste week van augustus ontvangt Simon Vandenbroecke, een vriendelijke jongeman met een flinke bos krullen, mij in een stokoud pandje in hartje Den Haag. Zijn appartement is kersvers gerenoveerd. Er staan enkele nieuwe meubels, een paar planten, een hifi-installatie speelt zacht Beethovens Pastorale symfonie. Hoewel Simon er net één dag woont, zijn er geen verhuisdozen: “Twee van mijn beste vrienden hebben mij geholpen bij mijn verhuizing, en over een paar dagen komen enkele andere vrienden mij helpen met verder inrichten.”

Kanegem

Die ‘beste vrienden’ zijn, net als Simon zelf, allen opgegroeid in Kanegem, een klein plattelandsdorpje in West-Vlaanderen, zo’n dertig kilometer van Gent. “In Kanegem wonen zo’n duizend mensen. Iedereen daar kent elkaar, dat geeft een warm, huiselijk gevoel. Met die vrienden heb ik nog steeds een hele goeie band, ook al hebben we nu elk heel andere banen in heel andere plaatsen. Ze wonen in Brugge, Sint Niklaas, Tielt, Brussel… We zijn niet onder de kerktoren blijven plakken!”

Fagot

Simons ouders zijn niet muzikaal onderlegd, maar kunnen wel genieten van de gezelligheid van een orkest. “Vroeger gingen we vaak luisteren naar harmonieorkesten in de omgeving. Mijn vader bestuurt een vereniging die jaarlijks een klassiek kerstconcert organiseert, met na afloop vertier tot in de late uurtjes.”

Simon wilde van jongs af aan zelf muziek maken. Zijn ouders zorgden ervoor dat hij notenleer kon volgen op de muziekschool in een nabijgelegen dorp. “Toen ik noten kon lezen, ik was een jaar of negen, was er een bijeenkomst van de leerlingen en leraren. Deze lieten elk hun muziekinstrument aan ons zien en horen. De fagotleraar, een lieve en spontane man, liet mij op een fagot blazen en zei: Ja, dat past bij u! Toen ik die middag thuiskwam en mijn vader vertelde dat het de fagot werd, zei hij: wat is dat voor instrument?”

Muziekmicrobe

Thuis hoorde Simon zelden klassieke muziek. “Dat gebeurde pas op de muziekschool. En dan ging ik thuis op de computer speuren en illegaal cd’tjes downloaden. Bijvoorbeeld Dvoráks Negende symfonie, met Herbert von Karajan. Helemaal platgedraaid!”

Tijdens zijn middelbare schooljaren had Simon wel eens het idee om professioneel muzikant te worden. “Maar ik was ook best wel goed in informatica en ik dacht: waarom in een sector gaan waar het moeilijk is een job te winnen? Dus ben ik I.T. gaan studeren.” Dat deed hij in Gent. Tijdens en vlak na zijn bachelor studie aan de hogeschool, speelde Simon fagot in het Gentse Universiteit Symfonisch Orkest, een orkest vol aanstaande artsen en ingenieurs. “Eens speelden wij Sheherazade van Rimski-Korsakov, en daar kreeg ik plots een mooie fagotsolo op mijn bord. Toen kreeg de muziekmicrobe mij te pakken. Ik had zitten twijfelen of ik door zou studeren in de IT, maar opeens werd ik mij gewaar wat mijn pad moest zijn.”

Basis

Simon werd aan het conservatorium in Gent leerling van Pieter Nuytten, eerste fagottist in het Rotterdams Philharmonisch Orkest. “Ik moest helemaal terug naar de basis. Voor het eerst speelde ik toonladders! Ik heb nu zes jaar les van hem gehad, en hij blijft mij inspireren.”

Pieter Nuytten stimuleerde Simon in jeugdorkesten te spelen. “Ik heb het geluk gehad vijf jaar lang in het Nationaal Jeugd Orkest te mogen spelen. Daar heb ik erg veel geleerd.”

Tijdens zijn conservatoriumstudie had Simon een aantal banen in de IT-sector. “Eén baan was van 9 tot 5, een andere lag op een uur rijden van Gent; dat paste allemaal niet goed bij mijn fagotstudie. In Gent vond ik echter een goede, flexibele baan, die mij tijd liet om keihard te studeren. Uiteindelijk ben ik audities gaan doen, en bij het Residentie Orkest is het gelukt!”

Neus in de boter

Simon valt bij het Residentie Orkest met zijn neus in de boter: een nieuwe chef-dirigent én een nieuwe zaal. “De concertzaal in Amare klinkt geweldig, het samenspelen is er gemakkelijk, zelfs in corona-opstelling, en er is een mooie sfeer. Ook in de repetitiestudio, waar ik in juni heb mogen meemaken hoe Anja Bihlmaier een klein stukje van Beethovens Pastorale dirigeerde. Dat was indrukwekkend!”

Ronald Touw